Trefwoord |
Omschrijving |
Gerelateerde thema's |
obesitas | vetzucht of ernstig overgewicht, BMI >30 (zie daar) | Eetstoornissen, Hart- en vaatproblemen, Prolaps |
objectieve tinnitus | vorm van tinnitus waarbij de ‘externe’ geluidsbron zich in het lichaam bevindt, bijvoorbeeld een vernauwd bloedvat of het kaakgewricht | Alles over hoorproblemen |
obsessie | dwanggedachte of ongewilde kwellende gedachte die men niet uit het hoofd kan zetten (zie Dwanggedachten) | Dwangstoornissen |
obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis | persoonlijkheidsstoornis uit cluster C met als centrale kenmerk overmatige aandacht voor orde, perfectie en controle en een gebrek aan soepelheid
| Persoonlijkheidsstoornis en nu |
obsessief-compulsieve stoornis (OCS) | andere term voor dwangstoornis | Eetstoornissen |
obstipatie | weinig frequente, moeizame, vaak harde ontlasting | Eetstoornissen, Eetstoornissen, Chronische pijn, Manisch depressief en nu, Prolaps, Eierstokkanker |
Obstructie | Verstopping, de passage is belemmerd. | |
obstructieblaas | blaas waarbinnen de urine niet goed meer kan aflopen naar buiten toe via de plasbuis omdat bijvoorbeeld de prostaat in de weg zit
| |
Occipitaal kwab | Het achterste deel van de grote hersenen. | Vaatlijden |
Occipitaalkwab | Achterhoofdskwab, het aan de achterkant gelegen deel van de grote hersenen, onder meer van belang voor de verwerking van de informatie die ons via de ogen bereikt. | Vaatlijden |
Occlusie-effect | Verschijnsel dat men de eigen stem 'anders' hoort wanneer de gehoorgangen zijn afgesloten. | Manisch-depressieve stoornis, Multiple Sclerose |
occlusieve vaatziekten | vaatziekten die het gevolg zijn van gedeeltelijke of volledige verstopping van de slagaders | Hart- en vaatproblemen |
OCD | Obsessive compulsive disorder, Engelse term voor dwangstoornis | ADHD, Dwangstoornissen |
OCS | Obsessief-complusieve stoornis, dwangstoornis: het herhaald en storend optreden van ongewilde gedachten (obsessies: zie dwanggedachten) en/of het verrichten van ongewilde handelingen (compulsies: zie dwanghandelingen). | Dwangstoornissen |
octaaf | achtste toontrap, van de grondtoon af gerekend; interval van acht tonen van de diatonische toonladder (bijv. van f tot f) | Tinnitus |
ODD | Oppositional Defiant Disorder: oppositionele gedragsstoornis. | ADHD |
oedeem | vochtophoping
| Hypofyseziekten, Nierziekten, Allergie bij kinderen |
Oesophagitis | Onsteking van het slijmvlies van de slokdarm, de verbindingsbuis tussen de mond-keelholte en de maag. De meest voorkomende vorm van oesophagitis is reflux-oesophagitis. Hierbij ontstaat de ontsteking als gevolg van vanuit de maag in de slokdarm terugkomen | Maagklachten |
Oesophagogastroduodenoscopie | Onderzoek waarbij het inwendige van de slokdarm, de maag en de twaalfvingerige darm bekeken wordt. Tegenwoordig worden hier flexibele kijkers voor gebruikt. | |
Oesophagogastroscopie | Onderzoek waarbij het inwendige van de maag bekeken wordt. Tegenwoordig worden hier flexibele kijkers voor gebruikt. Bij dit onderzoek wordt eigenlijk altijd ook de slokdarm en de twaalfvingerige darm bekeken. Men noemt het onderzoek daarom ook wel oesoph | Maagklachten, Astma, Eetstoornissen |
Oesophagus | Medische naam voor de slokdarm, de buisvormige verbinding tussen de mond-keelholte en de maag. | |
oestradiol | een van de oestrogenen | Hypofyseziekten, Anticonceptie |
oestrogeen | vrouwelijk geslachtshormoon | Premenstrueel syndroom (PMS), Anticonceptie, Eierstokkanker |
Oestrogene hormonen | Vrouwelijke hormonen die in de eierstok worden gemaakt maar ook als medicijn synthetisch worden nagemaakt. | |
Oestrogenen, natuurlijke | Term die gebruikt wordt voor geneesmiddelen met veelal kunstmatige bereide oestrogenen die identiek zijn aan de in de eierstokken gemaakte oestrogene hormonen. | |
Oestrogenen, synthetische | Term die gebruikt wordt voor preparaten met synthetische (fabrieksmatig gemaakte) oestrogenen die chemisch gezien niet identiek zijn aan de in de eierstokken gemaakte oestrogene hormonen, maar wel ongeveer dezelfde werking hebben. | |
Off-periode | periode waarin iemand niet goed kan bewegen en/of beeft
| Parkinson en nu |
Oftalmometer | Precisie-instrument waarmee de kromming van het hoornvlies van het oog opgemeten kan worden. | Osteoporose |
OGTT | orale glucose tolerantietest | Hypofyseziekten |
Olfactorisch | Letterlijk: de reuk betreffende. Wordt gebruikt in combinatie met een ander begrip om aan te geven dat het met de reuk te maken heeft. Zo wordt met de nervus olfactorius de reukzenuw bedoeld. | Schizofrenie |
Oligoclonale antistoffen | Antistoffen afkomstig van een gering aantal antistofmakende cellen. Ze worden als losliggende bandjes gezien op het testpapier bij het onderzoek van eiwitten (= elektroforese). Oligoclonale antistoffen worden gezien in het hersenvocht (= liquor) van MS-pa | Multiple Sclerose |
Oligomenorroe | Menstruatiecyclus die regelmatig langer dan 35 dagen (5 weken) duurt. | |
oligomenorroe | abnormaal lage frequentie van menstruaties
| Hypofyseziekten |
omentum | vetschort in buik | Eierstokkanker |
Omloop | Ontsteking van de nagelriem. | |
On-Off | Verschijnsel bij de ziekte van Parkinson, waarbij bewegen op bepaalde momenten duidelijk beter ('on') gaat en op andere momenten nauwelijks of niet mogelijk is ('off'), en waarbij deze momenten elkaar plotseling kunnen afwisselen. Kan vooral optreden na l | Parkinson en nu |
Oncoloog | Een arts die gespecialiseerd is in de behandeling van kanker. Een radiotherapeutisch oncoloog maakt gebruik van radiotherapie. Een medisch oncoloog maakt gebruik van chemotherapie. Een chirurgisch oncoloog is gespecialiseerd in het opereren van kankerpati | Kanker en radiotherapie, Kanker en hormonale therapie, Kanker en chirurgie |
Onderhoudsbehandeling | Het langdurig behandelen van een patiënt met een zo laag mogelijke dosering medicijnen. | Schizofrenie |
Onderhoudsmedicatie | Medicijnen die regelmatig gebruikt moeten worden om een gewenst peil te onderhouden, vaak om te voorkomen dat bepaalde klachten weer terugkeren. | Allergie bij kinderen |
Onderwaterweging | Nauwkeurige methode die men gebruikt om de hoeveelheid lichaamsvet van een mens te wegen. | |
Onderzoek, neurologisch | Onderzoek naar het functioneren van het zenuwstelsel. | |
onderzoek, urodynamisch | onderzoek naar het functioneren van de blaasjavascript:submitpage() | |
Ontlastingstoma | Een kunstmatig (operatief) aangelegde uitgang van de darm in de buikwand (stoma), om ontlasting af te voeren wanneer dit niet meer via de normale afvoerweg (via de anus) kan gebeuren. De uit een ontlastingstoma of anus praeternaturalis komende ontlasting | |
Ontstekingscellen | Cellen die betrokken zijn bij een ontstekingsproces, zoals macrofagen, T-lymfocyten, mestcellen, eosinofiele cellen, granulocyten (witte bloedcellen) en bloedplaatjes. | Astma, COPD |
Ontstekingsfactoren | Een grote en gevarieerde groep van boodschapperstofjes die een belangrijke rol spelen bij het ontstaan (of afremmen) van ontsteking. Voorbeelden zijn cytokinen, interleukinen, chemokinen. | Astma, COPD |
Ontstekingsremmers | Medicijnen die de ontsteking remmen. Afhankelijk van het type ontsteking worden verschillende medicamenten voorgeschreven. | Astma, COPD, Allergie bij kinderen |
ontwijkende persoonlijkheidsstoornis | persoonlijkheidsstoornis uit cluster C met als centrale kenmerk een patroon van sociale geremdheid, een gevoel van minderwaardigheid en overgevoeligheid voor de kritiek van anderen | Persoonlijkheidsstoornis en nu |
onveilige hechting | de hechting aan ouders of verzorgers is niet goed tot stand gekomen; kinderen zijn angstig, klampen zich vast aan ouderfiguren of ondernemen juist geen poging meer om contact aan te gaan en zijn afwijzend als de ander contact zoekt | Persoonlijkheidsstoornis en nu |
Onverzadigd vet | Vloeibaar vet of olie. Goed en gemakkelijk afbreekbaar soort vet. | Cholesterol |
Onychomycose | Medische naam voor een schimmelinfectie van de nagel. | Astma |
Oog, optisch systeem van het | Het lenzenstelsel (hoornvlies, voorste oogkamer, ooglens, glasachtig lichaam) en het netvlies. Samen brengen ze een scherp beeld tot stand. Te vergelijken met de lenzen en de lichtgevoelige film op en in een fototoestel. Bij contactlenzen speelt ook de tr | |
Oogbindvlies | Bindvlies, het slijmvlies dat de binnenzijde van oogleden en de voorkant van het oogwit bedekt. | |
Oogcorrectie | Verbetering van de werking van het oog via bril of contactlens. | |
Oogdruk | De druk binnen in de oogbol. | |
Oogkamer | De met vocht gevulde ruimte tussen het hoornvlies en de ooglens. Het oog kent een voorste (tussen hoornvlies en ooglens) en een achterste oogkamer (tussen regenboogkamer en ooglens). | |
Ooglens | Inwendige lens die voor een belangrijk deel verantwoordelijk is voor de optische sterkte van het oog. De lens kan van sterkte veranderen (accommoderen) zodat het oog zich op verschillende afstanden kan scherpstellen. | |
Oogrok | Vlies dat over de oogbol ligt. Er zijn drie oogrokken: de buitenste harde oogrok (sclera), het middelste vaatvlies (choroidea) en het aan de binnenzijde gelegen netvlies (retina). | |
Oogspieren | Spieren die lopen vanaf de buitenzijde van de oogbol tot het bot achterin de oogkas. Elk oog heeft 6 oogspieren die in staat zijn het oog elke gewenste richting of stand te geven. | |
Oorhanger | Banaanvormig hoortoestel dat achter de oorschelp wordt gedragen. | Oorsuizen |
oorsmeer | vettige stof, afkomstig van de smeer- en talgkliertjes in de uitwendige gehoorgang; kan zich ophopen tot een prop
| Tinnitus |
Oorstuk | Onderdeel van een hoortoestel dat in de opening van de gehoorgang wordt gestopt en waardoor de geluidstrilling in de gehoorgang wordt geleid. | Oorsuizen |
Operatie, malabsorptieve | Operatie waarbij een bypass (een soort ‘kortsluiting’) in het bovenste deel van het maagdarmkanaal wordt aangelegd waardoor er minder voedsel kan worden opgenomen. Zie ook Bariatrische chirurgie. | |
Operatie, restrictieve | Bij deze operatie wordt de maaginhoud zodanig verkleind dat men veel minder grote maaltijden kan eten. Zie ook Bariatrische chirurgie. | |
Operatieve pijn | Pijn die ontstaat bij een chirurgische ingreep. | Chronische pijn |
Ophtalmopathie | Typische oogafwijkingen (in dit geval wordt bedoeld de oogverschijnselen die bij de ziekte van Graves voorkomen). | Schildklierafwijkingen |
Opiaatreceptoren | Receptoren (ontvangers) van zowel door het lichaam aangemaakte als van buitenaf toegediende opiaten. De meest bekende opiaatreceptoren zijn de mu-, kappa-, delta- en sigmareceptoren. | Chronische pijn |
Opiaatrotatie | Verandering van opiaatsoort. Bij onvoldoende werking of het optreden van ernstige bijwerkingen bij gebruik van het ene opiaat, kan een ander opiaat worden voorgeschreven dat mogelijk voor het individu een betere uitkomst geeft. | |
Opiaten | Stoffen die het lichaam zelf kan aanmaken, die in een enigszins andere vorm ook in de natuur voorkomen (papavers) of die synthetisch gemaakt kunnen worden. Een van de werkingsmechanismen is het verminderen van pijn. | Chronische pijn |
opioïden | pijnstilles uit de groep van de morfine- en morfineachtigen | Eierstokkanker |
Opperhuid | Bovenste huidlaag, bestaande uit hoornlaag en kiemlaag. | |
Opportunist | Organisme dat alleen onder bepaalde omstandigheden kans ziet om een ander organisme ziek te maken, bijvoorbeeld bepaalde schimmelziekten bij mensen met een sterk verminderde weerstand zoals bij AIDS. | |
Opticien | Gediplomeerde aanpasser en leverancier van brillen. | |
Optimaal | Zo goed of zo veel mogelijk: het kan niet beter of hoger of meer in de gegeven omstandigheden. | |
optisch | wat het gezichtsvermogen of het zien betreft | Hypofyseziekten |
Optisch systeem van het oog | Het lenzenstelsel (hoornvlies, voorste oogkamer, ooglens, glasachtig lichaam) en het netvlies. Samen brengen ze een scherp beeld tot stand. Te vergelijken met de lenzen en de lichtgevoelige film op en in een fototoestel. Bij contactlenzen speelt ook de tr | |
Optische werking | De werking waarmee lichtstralen worden gebroken en in een bepaalde richting worden geleid. | |
Optometrist | Een oogmeetkundige, iemand die vooral onderzoekt wat de oorzaak van het slecht-zien is. | |
Optotypen | De symbolen op een testkaart (visuskaart) om de gezichtsscherpte te bepalen. Dit kunnen bijvoorbeeld letters van het alfabet, cirkels met een kleine inkeping of plaatjes voor kinderen zijn, elk in verschillende grootte. | |
opvlieger | bloedaandrang naar het hoofd, met plotselinge hitte en transpiratie, bij vrouwen in de overgang | Premenstrueel syndroom (PMS) |
Opwinding, motorisch | Toestand waarbij de patiënt voortdurend in beweging is. | |
oraal | letterlijk: de mond betreffende. Wordt gebruikt in combinatie met een ander begrip om aan te geven dat het met de mond te maken heeft. Zo wordt met een orale toediening van een medicijn aangegeven dat het medicijn via de mond toegediend moet worden | Premenstrueel syndroom (PMS), Allergie bij kinderen |
Orbita | Oogholte of oogkas in de schedel, gevormd door de schedelbeenderen. | |
Organisch psychosyndroom | Een ziekte met psychiatrische (vaak psychotische) kenmerken ten gevolge van een lichamelijke aandoening (zoals een hersentumor of vergiftiging met drugs). | |
Organische depressie | Oude benaming voor 'depressie door een lichamelijke aandoening'. | Depressie |
Organische stof | Stof waaruit de planten en dieren zijn samengesteld, bijvoorbeeld zetmeel, eiwitten en vet. | |
Orgasme | Het klaarkomen, de zaadlozing. | Erectieproblemen |
orgasme | klaarkomen, zaadlozing | |
Orgasmestoornis | Het uitblijven of het versneld voorkomen van de zaadlozing. | Erectieproblemen |
orgasmestoornis | uitblijven of versneld voorkomen van de zaadlozing
| |
Orthokeratologie | Het afplatten van het hoornvlies door toepassingen van contactlenzen, een methode die door sommige contactlensspecialisten in speciale gevallen wordt toegepast. Volgens een bepaald schema worden de lenzen stapsgewijs in vorm en sterkte aangepast, zodat he | |
Orthomoleculaire geneeswijze | Deze zou door het geven van extra hoge vitaminedoseringen tot verbeteringen leiden. | ADHD |
orthostase | ernstige daling van de bloeddruk na zitten of staan
| Parkinson en nu |
Orthosympathisch zenuwstelsel | Deel van het autonome zenuwstelsel dat vooral regulerend en stimulerend werkt op activiteit en prestatie (capaciteit hart, longen en verbranding neemt toe), een bloedsuikerverhogend effect heeft en de hersenactiviteit stimuleert. Het remt gedeeltelijk de | |
os pubis | schaambeen
| Anticonceptie |
os sphenoidale | wiggebeen; een van de botten van het aangezichtsskelet waar het Turks zadel deel van uitmaakt | Hypofyseziekten |
Osmotische laxantia | Laxeermiddelen die werken door middel van aantrekking van vocht, waardoor de ontlasting minder hard wordt. | |
Osteoblasten | Botcellen die nieuw botweefsel aanmaken. | Osteoporose |
Osteoclasten | Botcellen die verouderd botweefsel afbreken. | Osteoporose |
Osteomyelitis | Ontsteking van het beenmerg. | Chronische pijn |
Osteopathie | Alternatieve geneeswijze, die alle ziekten vanuit orthopedisch standpunt beziet. Gebaseerd op de theorie dat het lichaam onder normale omstandigheden en bij goede voeding zelf genezende stoffen aanmaakt tegen ziekte. | ADHD |
Osteopenie | Voorstadium van osteoporose. Er is op een röntgenfoto of een scan al wel een afname van de hoeveelheid botmassa te zien. Maar de sterkte van het bot is echter nog niet zodanig aangetast, dat er al bij normale belasting een breuk zal optreden. | Osteoporose, Hypofyseziekten |
Osteoporose | Letterlijk: broze botten. Gebrek aan kalkdepot in de botten, waardoor brosheid van het bot ontstaat. Het verdwijnen van de harde beenzelfstandigheid waardoor de mergholte groter wordt. | Chronische pijn, Osteoporose, Osteoporose |
osteoporose | botontkalking (ernstiger vorm van osteopenie) | Hypofyseziekten, Anticonceptie |
otitis | oorontsteking
| Tinnitus |
otitis media | middenoorontsteking | Tinnitus |
otoplastiek | gehoorbeschermer, oordopje; ook: operatieve correctie van de oorschelp (bijvoorbeeld van flaporen) | Tinnitus |
otosclerose | aandoening van het slakkenhuis door aantasting en verharding (sclerose) van het rotsbeen (waarin het binnenoor ligt); de stijgbeugel kan ook vergroeid raken | Tinnitus, Alles over hoorproblemen |
ototoxisch | giftig voor het binnenoor | Tinnitus, Alles over hoorproblemen |
Ouderdomsslechthorendheid | Een geleidelijk ontstane vorm van slechthorendheid die zich op den duur bij vrijwel alle oudere personen voordoet. | |
Ouderdomsverziendheid: | Verlies van accommodatievermogen door (betrekkelijke) ouderdom. Voorwerpen dichtbij kunnen niet meer scherp worden waargenomen, omdat de stugger wordende ooglens zich niet goed laat krommen. Het zicht in de verte blijft goed. | |
ovaal venster | verbinding tussen midden- en binnenoor; opening tussen trommelholte en voorhof van het binnenoor, afgesloten door de stijgbeugelplaat | Tinnitus, Alles over hoorproblemen |
Ovariële endometriose | Endometriose die aanwezig is in of op het ovarium. | Endometriose |
ovarium | eierstok | Endometriose, Eierstokkanker |
ovariumcarcinoom | eierstokkanker | Eierstokkanker |
overgang | (periode vóór de) menopauze | Premenstrueel syndroom (PMS) |
overlevingsbesluiten | besluiten die kinderen vaak in hun jeugd al nemen op basis van negatieve ervaringen: verwaarlozing, mishandeling, seksueel, fysiek of psychologisch misbruik. Op dat moment is dat besluit in de ogen van het kind het beste om te kunnen overleven in deze omstandigheden; op latere leeftijd kan het besluit echter averechts gaan werken | Persoonlijkheidsstoornis en nu |
Overloopblaas | Een volle urineblaas die zich niet op een normale manier via de plasbuis kan legen, maar als het ware 'overloopt'. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van bepaalde medicijnen (als ongewenste bijwerking) en bij mannen veroorzaakt worden door een prostaatv | |
Overloopincontinentie | Vrijwel continu druppelsgewijs urineverlies als gevolg van een volle urineblaas (overloopblaas) die zich niet op een normale manier via de plasbuis kan legen, maar als het ware 'overloopt'. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van bepaalde medicijnen (als | |
Oversterfte | Het verschil tussen het aantal mensen van een bepaalde leeftijd of bepaalde groep dat overlijdt als gevolg van een bepaalde aandoening en de gemiddelde levensverwachting van die groep mensen. | |
ovulatie | eisprong, vrijkomen van een rijpe eicel uit de eierstok | Premenstrueel syndroom (PMS), Endometriose, Anticonceptie |
Ovule | Zetpil voor gebruik in de vagina, meestal toegepast bij de behandeling van vaginale infecties of (ovule met een zaaddodendmiddel) ter voorkoming van zwangerschap. | |
Oxidatieve stress | Het in de longen ontstaan van zeer reactieve stoffen (die de long beschadigen) door processen waarbij zuurstof is betrokken. In sommige situaties, zoals bij COPD, is er een overmaat aan deze stoffen waardoor schade ontstaat. | Astma, COPD |
Oxygenatie | Verzadiging met zuurstof. | Kanker en radiotherapie |
oxytocine | hormoon van de hypofyseachterkwab
| Hypofyseziekten |